Artikel

Wat Zijn de Kosten van ETF’s? Dit Moet Je Echt Weten

ETF kosten lijken simpel, maar veel beleggers betalen meer dan ze denken. In deze blog ontdek je welke kosten echt tellen en hoe je voorkomt dat je rendement ongemerkt wegvloeit.

Je leest o.a.:

  • Welke soorten ETF-kosten je altijd moet controleren

  • Hoe TER, spread en transactiekosten écht werken

  • Hoe je ETF's slim vergelijkt om kosten te besparen

  • Praktische tips om goedkoper te beleggen

Geschreven door Ferry de Groot

- 15 nov 2025

Beoordeeld door Wolf Bogaert

15 Minimale leestijd | Investeren

Kosten ETF: wat betaal je echt voor indexbeleggen?

Je hebt besloten om in ETF’s te beleggen. Je hebt gelezen over spreiding, lage kosten en passief rendement. Klinkt ideaal.

Maar dan zie je dat ene getalletje op de productpagina staan, de TER, en je denkt: oké, dit zijn de kosten.

Helaas: de kosten van een ETF gaan veel verder dan alleen de TER. Je krijgt ook te maken met:

  • dividendlekkage

  • interne transactiekosten

  • bid–ask spreads

  • brokerkosten (transacties, valuta, platform)

Al die kleine percentages bij elkaar lijken niet spannend. Tot je uitrekent wat 0,5% extra kosten per jaar doet over 20 à 30 jaar: dat kan je tien- tot zelfs honderdduizenden euro’s aan gemist rendement kosten.

In deze gids lopen we langs alle belangrijke kostensoorten, vergelijken we populaire ETF’s als VWRL, IWDA en VWCE, en kijken we wat je daadwerkelijk betaalt bij brokers zoals DEGIRO.

Zodat jij snapt waar elke euro heen gaat en hoe je je kosten zo laag mogelijk houdt.

Belangrijkste feiten over ETF kosten in Nederland

  • De TER van populaire wereldwijde ETF’s ligt rond 0,20%–0,22% (VWRL, IWDA, VWCE).

  • Dividendlekkage kan oplopen tot ~0,30% per jaar bij wereldwijde ETF’s, vaak méér dan de TER

  • Dividendlekkage kan oplopen tot 0,30% per jaar voor wereldwijde ETF's zoals VWRL, dat is meer dan de TER zelf

  • Interne transactiekosten liggen grofweg rond 0,02%–0,03% per jaar en staan niet in de TER

  • Bid–ask spreads lopen uiteen van 0,01% bij zeer liquide ETF’s tot 1% bij niche producten

  • ETF’s zijn meestal 10–20 keer goedkoper dan actieve fondsen bij banken (1–2% per jaar)

  • Box 3 heffing en dividendbelasting beïnvloeden je netto rendement fors

  • UCITS ETF’s hebben een fiscaal voordeel t.o.v. veel niet Europese varianten

TER: de zichtbare beheerkosten van je ETF

De Total Expense Ratio (TER) is het jaarlijkse percentage dat je betaalt voor:

  • fondsbeheer

  • administratie & rapportage

  • toezicht en juridische kosten

  • soms marketing

Je ziet die kosten niet als een afschrijving op je rekening; ze worden dagelijks verwerkt in de koers van de ETF.

Voor veelgebruikte ETF’s in Nederland geldt ongeveer:

  • Vanguard FTSE All-World (VWRL) – 0,22%

  • iShares Core MSCI World (IWDA) – 0,20%

  • Vanguard FTSE All-World Acc. (VWCE) – 0,22%

  • iShares Nasdaq-100 (CNDX) – 0,33%

  • Vanguard S&P 500 – 0,07%

Ter vergelijking: actieve beleggingsfondsen bij banken zitten vaak op 1–2% per jaar. Alleen al door voor een goedkope ETF te kiezen, koop je dus letterlijk gratis extra rendement.

Wat doet TER met je rendement?

Een snel rekenvoorbeeld:

  • Inleg: €10.000
  • Bruto rendement: 8% per jaar
  • Looptijd: 20 jaar

Na 20 jaar heb je ongeveer:

  • Met 0,20% TER: ~€44.283
  • Met 2,00% TER: ~€32.071

Verschil: ruim €12.000.
En dat is alleen door hogere lopende kosten, bij hetzelfde marktrendement.

Conclusie: een paar tienden procent aan kosten lijken klein, maar over decennia zijn ze gigantisch.

Start hier jouw beleggingsreis!

Vergelijk snel beleggingsplatforms en vind de beste optie voor jouw doelen, rendement en risicoprofiel. Bespaar tijd en kosten!

Start met beleggen vandaag nog!
About hero image

Waarom lage TER niet alles zegt

De TER is een goede start, maar niet het hele plaatje. Er zijn drie grote extra kostenbronnen:

  1. Dividendlekkage
  2. Interne transactiekosten binnen het fonds
  3. Kosten bij je broker (transactiekosten, valutakosten, platform)

Een ETF met 0,15% TER kan in de praktijk duurder zijn dan eentje met 0,25% TER als de dividendlekkage en interne handelskosten hoger zijn.

Daarom moet je altijd kijken naar de totale kosten.

Dividendlekkage: de grootste verborgen kostenpost

Veel ETF’s beleggen wereldwijd in bedrijven die dividend uitkeren. Over dat dividend wordt bronbelasting geheven in het land van herkomst.

Die belasting kan vaak niet volledig worden teruggevorderd.

Gevolg: dividendlekkage, dividend dat nooit bij jou als belegger terechtkomt.

Voor een wereldwijde ETF zoals VWRL kan dat:

  • oplopen tot ongeveer 0,30% per jaar

  • dus méér zijn dan de TER (0,22%)

Ook bij accumulerende ETF’s (zoals VWCE) speelt dit: de belasting wordt betaald vóórdat het dividend opnieuw wordt belegd.

UCITS-ETF’s hebben hier een voordeel: ze zijn vaak zo gestructureerd dat ze bronbelasting efficiënter kunnen terugvorderen dan jij als individuele belegger.

Daardoor ligt de dividendlekkage bij veel Europese UCITS-ETF’s lager dan bij sommige Amerikaanse varianten.

Interne transactiekosten: herbalanceren kost geld

Een ETF moet regelmatig handelen om de index te blijven volgen. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij:

  • herbalancering van de index

  • in- en uitstroom van beleggers

  • herbeleggen van dividend

  • toevoeging/verwijdering van bedrijven in de index

Elke transactie betekent:

  • beurskosten

  • spreads

  • handelscommissies

Deze interne handelskosten zitten níet in de TER, maar wél in het uiteindelijke rendement. Voor brede ETF’s zoals VWRL gaat het vaak om ~0,02% per jaar; bij niche of “drukkere” strategieën kan het hoger liggen.

Je ziet die kosten terug in één getal: de tracking difference.

Tracking difference: wat betaal je nou écht?

De term tracking difference klinkt misschien technisch, maar het is eigenlijk de makkelijkste manier om te zien wat een ETF je werkelijk kost.

Je vergelijkt het rendement van de index met het rendement van jouw ETF, over exact dezelfde periode. Het verschil tussen die twee is de tracking difference. En dat getal laat direct zien hoeveel kosten er écht in het fonds zitten.

In dat verschil zitten alle kosten verstopt die je niet altijd op de productpagina ziet. De TER, dividendlekkage, interne transactiekosten en eventuele inefficiënties van het fonds.

Soms zitten er zelfs kleine meevallers in, zoals inkomsten uit securities lending.

Als de tracking difference ongeveer gelijk is aan de TER, weet je dat de overige kosten laag zijn. Is de tracking difference duidelijk hoger dan de TER, dan blijkt de ETF duurder dan je in eerste instantie dacht.

Ligt de tracking difference juist lager dan de TER, dan verdient de fondsbeheerder waarschijnlijk extra geld met bijvoorbeeld het uitlenen van aandelen, wat jouw kosten drukt.

Voor bekende wereldwijde ETF’s zie je dat VWRL meestal rond de 0,35 tot 0,40 procent uitkomt en IWDA rond de 0,30 tot 0,35 procent.

Dat laat goed zien dat de werkelijke kosten altijd hoger liggen dan alleen het beheerpercentage (TER).

Brokerkosten: DEGIRO en andere platforms

Naast de kosten binnen de ETF zelf betaal je ook kosten bij je broker. Denk aan transactiekosten, valutakosten en in sommige gevallen vaste platform- of beurskosten.

Veel Nederlandse beleggers kiezen voor DEGIRO, vooral omdat een groot aantal ETF’s in de kernselectie zit en je die voor één euro per transactie kunt kopen. Bekende fondsen zoals VWRL, IWDA en VWCE vallen daar allemaal onder.

Als je bijvoorbeeld iedere maand honderd euro belegt in een kernselectie-ETF, betaal je twaalf euro per jaar aan transactiekosten.

Bij een jaarlijkse inleg van 1.200 euro is dat ongeveer één procent aan kosten in het eerste jaar. Naarmate je vermogen groeit, wordt dat percentage vanzelf lager.

Koop je buiten de kernselectie of via een andere beurs, dan worden de kosten hoger. Je betaalt dan drie euro per transactie plus een kleine jaarlijkse toeslag per beurs.

Dat kan vooral bij kleine maandelijkse bedragen relatief duur uitpakken.

DEGIRO kernselectie vergeleken met niet kernselectie

Als je elke maand honderd euro inlegt, zie je snel hoe groot het verschil is. Met een kernselectie-ETF betaal je in een jaar dus twaalf euro aan transactiekosten.

Leg je hetzelfde bedrag buiten de kernselectie in, dan betaal je al snel bijna veertig euro per jaar.

Dat verschil is groot genoeg om een duidelijke voorkeur te geven aan de kernselectie als je maandelijks belegt.

Wanneer andere brokers interessant zijn

DEGIRO is populair, maar niet de enige optie. Er zijn meerdere brokers actief in Nederland, elk met hun eigen kostenstructuur:

MEXEM: €1,95 per transactie voor een order van €1.000 in IWDA, met zeer lage valutakosten (0,005%). Geschikt voor grotere orders.

Trade Republic: €1,00 per transactie, vergelijkbaar met DEGIRO kernselectie. Groeiende populariteit door gebruiksvriendelijke app.

Trading 212: €0 transactiekosten. Klinkt aantrekkelijk, maar let op valutaconversie-marges en beperktere ETF-selectie.

BUX Zero: Gratis orders voor bepaalde ETF's. Goed voor beginners, maar minder uitgebreid aanbod.

Scalable Capital: €0,99 per transactie met Prime+ abonnement. Populair in Duitsland, nu ook beschikbaar in Nederland.

Voor kleinschalige maandelijkse inleg blijven DEGIRO en Trade Republic de voordeligste opties.

Beleg je grotere bedragen in één keer, dan kan MEXEM interessant zijn van wege de lage valutakosten.

Kies een broker die past bij jouw beleggingsstrategie en let niet alleen op transactiekosten, maar ook op betrouwbaarheid, klantenservice en de beschikbaarheid van de ETF's die je wilt.

De bid–ask spread: de stille kostenpost die je snel vergeet

Er is nog een kostenpost die vaak over het hoofd wordt gezien: de bid-ask spread.

Dit is het verschil tussen de prijs waartegen je een ETF kunt kopen (ask) en de prijs waartegen je kunt verkopen (bid).

Bij liquide ETF's met veel handelsvolume, zoals VWRL en IWDA, is de spread minimaal: vaak tussen 0,01% en 0,10%.

Dat merk je nauwelijks. Maar bij minder liquide of niche-ETF's kan de spread oplopen tot 0,50% of zelfs 1%.

Dat betekent dat je bij aan- en verkoop samen 1% tot 2% kwijt bent aan deze 'onzichtbare' kost.

Daarom is het verstandig om te kiezen voor ETF's met:

  • Minimaal €100 miljoen Assets Under Management (AUM)
  • Hoog dagelijks handelsvolume
  • Verhandeling op meerdere beurzen
  • Bekende aanbieders zoals Vanguard, iShares of SPDR

Deze ETF's hebben krappe spreads en je betaalt dus minder bij elke transactie. Check altijd de spread voordat je een order plaatst, vooral bij minder bekende ETF's.

VWRL, IWDA en VWCE: hoe zitten de kosten nu écht?

Onder Nederlandse beleggers zijn dit verreweg de drie populairste ETF’s.

VWRL biedt wereldwijde spreiding, keert dividend uit en heeft een TER van 0,22%.

IWDA richt zich op ontwikkelde markten, herbelegt dividend automatisch en heeft een iets lagere TER van 0,20%.

VWCE volgt dezelfde index als VWRL, maar is accumulerend en heeft ook een TER van 0,22%.

De dividendlekkage is bij VWRL en VWCE vergelijkbaar. IWDA scoort iets beter omdat deze geen opkomende markten bevat.

Kort samengevat:

  • VWRL is geschikt als je dividend wilt ontvangen.

  • IWDA is ideaal als je lage kosten wilt en geen behoefte hebt aan opkomende markten.

  • VWCE is een alles-in-één oplossing voor wie alles automatisch wil laten herbeleggen.

Alle drie behoren ze tot de efficiëntste en goedkoopste ETF’s die je als Nederlandse belegger kunt kopen.

Wat je uiteindelijk betaalt (inclusief brokerkosten)

Als je de TER, dividendlekkage, interne transactiekosten én brokerkosten van een DEGIRO-belegger optelt, kom je bij een maandelijkse inleg van €100 uit op ongeveer 1,4 tot 1,5% totaal in jaar 1.

Na tien jaar, wanneer je vermogen flink is gegroeid, daalt dit naar ongeveer 0,5–0,6% per jaar.

Dit blijft vele malen goedkoper dan traditionele bankfondsen, waar 1% tot 2% kosten heel normaal is.

Distribuerend of accumulerend: welke is slimmer?

De keuze tussen distribuerend en accumulerend heeft verrassend veel invloed op je lange-termijnkosten.

Een distribuerende ETF zoals VWRL stort dividend uit op je rekening. Als je dat weer wilt herbeleggen, betaal je opnieuw transactiekosten.

Een accumulerende ETF zoals IWDA of VWCE herbelegt dat dividend automatisch binnen het fonds. Je betaalt dus geen extra kosten en profiteert direct van samengestelde rente.

Op de lange termijn is een accumulerende ETF daardoor meestal net iets efficiënter én een stuk makkelijker.

Belastingen voor ETF beleggers in Nederland

Hoewel ETF’s bekendstaan om hun lage kosten, spelen belastingen ook een belangrijke rol in je uiteindelijke rendement.

In Nederland vallen ETF’s onder Box 3 (vermogensrendementsheffing). Dat betekent dat je belasting betaalt op basis van een fictief rendement, niet op je werkelijke winst.

Daarnaast kun je te maken krijgen met buitenlandse dividendbelasting, maar veel hiervan wordt automatisch verwerkt binnen het fonds.

Vooral UCITS ETF’s bieden hier voordelen, omdat zij dividendbelasting vaak efficiënter kunnen terugvorderen dan individuele beleggers.

Hieronder zie je een duidelijk overzicht van de belangrijkste belastingpunten voor ETF beleggers:

OnderdeelUitlegWat betekent dit voor jou?
Box 3 (vermogensrendementsheffing)Je betaalt 36% belasting over een fictief rendement.Je betaalt belasting, ook als je rendement lager of negatief is.
Heffingsvrij vermogen€57.000 per persoon / €114.000 voor fiscale partners.Tot dit bedrag betaal je geen Box 3 belasting.
Fictief rendementWordt door de overheid bepaald per vermogensschijf.Je belasting hangt niet af van je echte rendement.
Buitenlandse dividendbelastingWordt door landen ingehouden op uitgekeerd dividend.Verlaagt je netto rendement, tenzij (deels) teruggevorderd.
Verrekening binnen ETFVeel UCITS ETF’s verrekenen buitenlandse belasting intern.Je hoeft niets te doen; het fonds doet het voor je.
Voordeel UCITS ETF’sDeze structuren kunnen bronbelasting efficiënter terughalen.Minder dividendlekkage is hoger netto rendement.
Amerikaanse (niet UCITS) ETF’sHebben vaak minder gunstige belastingverrekening.Voor Nederlanders vrijwel altijd ongunstiger dan UCITS ETF’s.

UCITS: bescherming én kostenvoordeel

UCITS ETF’s zijn ontworpen om beleggers te beschermen én kosten transparant te maken.

Ze bieden onder meer:

  • een externe bewaarder (jouw vermogen staat veilig)

  • strenge rapportage- en transparantieregels

  • toezicht van Europese autoriteiten

Nederland kent bovendien geen beurstaks, wat ETF-beleggen nog aantrekkelijker maakt dan in landen zoals België.

De grote trend: alles wordt goedkoper en transparanter

De ETF wereld wordt elk jaar een stukje voordeliger. TER’s dalen, brokers verlagen hun tarieven en beleggers worden kritischer op verborgen kosten zoals dividendlekkage en tracking difference.

Tegelijkertijd winnen accumulerende ETF’s zoals VWCE en IWDA terrein vanwege gemak en efficiëntie.

Ook duurzame ETF’s worden langzaam goedkoper. En de toenemende concurrentie zorgt ervoor dat fondshuizen en brokers hun kosten steeds verder moeten verlagen.

Goed nieuws voor jou: ETF beleggen wordt elk jaar goedkoper, duidelijker en toegankelijker.

Let op verborgen kosten

De TER is belangrijk, maar niet het hele verhaal. Kijk altijd naar de tracking difference om te zien wat je werkelijk betaalt.

Dividendlekkage en interne transactiekosten kunnen even zwaar wegen als de TER zelf.

Conclusie: lage kosten zijn de sleutel tot slim beleggen

ETF kosten lijken op het eerste gezicht simpel, maar zodra je verder kijkt dan de TER, zie je dat er meer meespeelt: dividendlekkage, interne transactiekosten, tracking difference, brokerkosten en zelfs de bid–ask spread.

Samen bepalen ze hoeveel rendement je uiteindelijk écht overhoudt.

Het goede nieuws? Voor Nederlandse beleggers zijn de totale kosten nog altijd uitzonderlijk laag vergeleken met traditionele beleggingsfondsen.

Met een slimme combinatie van:

  • een goedkope en liquide UCITS ETF (zoals VWRL, IWDA of VWCE)

  • een voordelige broker (zoals DEGIRO kernselectie)

  • en een rustige, lange-termijn strategie

kun je je totale kosten vaak beperken tot rond de 0,5–0,6% per jaar zodra je portefeuille groeit. Dat is tientallen procenten verschil over de lange termijn.

Elke euro die je niet uitgeeft aan onnodige kosten, werkt vanaf dat moment voor jou jaar in, jaar uit.

En dát is precies waarom kosten minimaliseren een van de krachtigste keuzes is die je als belegger kunt maken.

Bronnen

  • Belastingdienst – Box 3 https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/nl/box-3/box-3

  • RTL Nieuws – Economie https://www.rtlnieuws.nl/economie

  • NOS – Vermogensbelasting https://nos.nl/onderwerp/218/vermogensbelasting

  • AFM – Beleggingsfondsen en kosten https://www.afm.nl/nl-nl/consumenten/themas/beleggen/beleggingsfondsen

  • NIBUD – Vermogen https://www.nibud.nl/consumenten/vermogen

Onze toewijding aan transparantie

Bij Financer zetten wij ons in om je te helpen bij het beheren van je financiën. Al onze content voldoet aan onze Redactionele Richtlijnen.

We zijn transparant over hoe we producten en diensten beoordelen, zoals beschreven in ons Beoordelingsproces, en we leggen duidelijk uit hoe we geld verdienen in onze richtlijnen voor Promotiebeleid

Opmerkingen

Word lid van Financer Stacks - Uw wekelijkse gids voor het beheersen van financiële basiskennis, extra inkomsten genereren en een leven creëren waarin geld voor u werkt.